Wie was Everard T’Serclaes?
- Anna Lauwaerts
- 15 mrt 2021
- 3 minuten om te lezen
Door de pikdonkere nacht sluipen tientallen bewapende mannen geruisloos naar de stadsmuren van Brussel. De aanhoudende regen vormt een grijs gordijn waardoor je nauwelijks een hand voor ogen ziet. Gelukkig is dat geen probleem voor Everard T’Serclaes, want hij kent deze buurt op zijn duimpje. Langzaam beweegt de groep zich door de vele tuintjes van het Warmoesbroek. Aan de stadswallen aangekomen, legt Everard nog even een vinger op zijn lippen voor hij over de muur klimt. Een voor een ploffen zijn kompanen naast hem neer op het gras aan de andere kant. Tot hier toe verloopt alles volgens plan.
Het is 24 oktober 1356 en deze groep heldhaftige middeleeuwers is op weg om Brussel te bevrijden uit de klauwen van de graaf van Vlaanderen. Een jaar eerder is de hertog van Brabant, Jan III, overleden zonder mannelijke erfgenamen. Zijn oudste dochter Johanna en haar man Wenceslas krijgen de leiding over het hertogdom Brabant, maar dat is tegen de zin van de graaf van Vlaanderen, die met de tweede dochter van Jan III getrouwd is. In juni 1356 komt het tot een confrontatie tussen de Vlaamse en Brabantse legers en in augustus marcheren Vlaamse soldaten Brussel binnen. Tot ontzetting van de Brusselaars wappert de Vlaamse leeuw boven hun stadhuis.
Hertog Wenceslas en hertogin Johanna blijven echter niet bij de pakken zitten en beramen een plan om Brabant te heroveren. Everard T’Serclaes krijgt de edele taak om met een groep kameraden het leger voor te gaan en in het geheim Brussel binnen te dringen. Via zijn eigen tuin vlak aan de stadsmuren leidt de dappere patriciër zijn voorhoede tot aan de Grote Markt. Daar haalt Everard meteen de Vlaamse vlag naar beneden en vervangt ze door de Brabantse. Wanneer de Vlaamse soldaten dat zien gebeuren, slaan ze op de vlucht. Brussel is weer in handen van Brabant.
Martelaarsdood
Middeleeuwse kronieken roemen Everards dapperheid en trouw aan het Brabantse vaderland, maar vooral in de negentiende eeuw wordt zijn levensverhaal heel populair en bereikt het mythische proporties. Zelfs Hendrik Conscience, de grote Vlaamse volksschrijver, schreef een roman over de bekende volkslegende. Niet alleen maakt zijn rol in de bevrijding van Brussel hem tot een echte held, ook de manier waarop Everard aan zijn einde kwam, heeft bijgedragen tot zijn roemrijke nagedachtenis.
Vanaf de jaren ’70 van de veertiende eeuw was Everard T’Serclaes een politiek zwaargewicht in Brussel. Als schepen sprak hij zich in 1388 sterk uit tegen een gebiedsuitbreiding van het land van de heer van Gaasbeek, Sweder van Abcoude. De baljuw en bastaardzoon van Sweder besloten hem dat betaald te zetten. Toen Everard op Witte Donderdag vanuit Lennik naar Brussel wilde reizen, werd hij aangevallen. De geweldenaars sneden zijn tong uit zijn mond en hakten zijn voet af. Daarna werd hij voor dood achtergelaten in een veld.
Het verminkte lichaam van de Brusselse schepen werd naar de Grote Markt gebracht. Daar was intussen een massa volk bijeengekomen om een glimp op te vangen van de gewonde. Zelfs hertogin Johanna verliet haar kasteel om te kijken hoe haar trouwe onderdaan eraan toe was. De gemoederen in de stad liepen hoog op, want veel Brusselaars vonden dat de daders van de aanslag moesten boeten. Dezelfde dag nog vertrok een militaire strafexpeditie naar Gaasbeek. Vijf dagen later stierf Everard T’Serclaes als een echte martelaar.
Blijvend herinnerd
De Brusselse held leeft nog op verschillende plekken in zijn stad voort. De meeste mensen kennen wel het standbeeld van Everard T’Serclaes aan de Grote Markt. In de smalle galerij naast het stadhuis waar Everard meer dan 600 jaar geleden de Brabantse vlag hees, ligt zijn bronzen evenbeeld als was het voor eeuwig op zijn sterfbed. Heel wat voorbijgangers strelen even over zijn arm of hand, want dat zou geluk brengen. In 2016 kwam er een kopie op de plaats van het honderdjarige beeld, dat door de tijd en de vele aanrakingen dringend aan restauratie toe was.
Ook aan de Warmoesberg, waar Everard over de stadsmuren klom, wordt hij herdacht. Het huis van de familie T’Serclaes stond in het Etengat, een straatje tussen de Arenbergstraat en de Stormstraat. Dit steegje noemt nu de T’Serclaesstraat. Enkele meters verder draagt een van de universiteitsgebouwen de naam van de Brusselse volksheld. Boven de hoofdingang hangt zelfs een reliëf dat de belangrijkste gebeurtenissen uit zijn leven toont. Tot op de dag van vandaag tonen de Brusselaars dus nog hun dankbaarheid voor de middeleeuwse bevrijder van hun stad.

Het standbeeld van Everard T'Serclaes in de Karel Bulsstraat, naast het Stadhuis (bron: rtbf)
Comments